
BIENVENUE
sur

BLOEMEN PLUKKEN EN PARELS VINDEN LANGS HET PAD
ECHTE VERHALEN
STERKE GETUIGENISSEN
PIJNLIJK EERLIJK MOOI
(Michaël)
​
OVER DE ZOMER
GRETIG RONDDRAAIEND
VOLGZAME BEWEGINGEN
ZOMERS FIETSGELUK
​
​
KIJK EEN DOEBOEKJE!
DOE DE VLEUGELS MAAR OPEN
HET WAS AL GEBEURD
IK LIG OP HET GRAS
STIL, VERWONDERD, MAGISCH
MIJN WORTELS STRALEN
IK HERHAALDE HAAR
ZOALS ZIJ HET OOK WILDE
EEN BEETJE SAAI WEL
Bert
ZIJ DOORBLADERDE
HAAR KLEURRIJKE GEDACHTEN
DWARRELEND OP EEN RIJ
Christel
FALEN WAS NODIG
IN DE ZOEKTOCHT NAAR MEZELF
AL DEED HET VEEL PIJN
Eva
OVER DE HERFST
OVER DE WINTER
MIJN WEG WAS IJSKOUD
EN BLEEF EENZAAM ZINGEN TOT
DE MAAN SCHITTERDE
Eva
IK BEN FIER, VEREERD
NEEM DE HAND VAN MIJN VADER
IJSBLOEM OP HET RAAM
MET DRANG NAAR VRIJHEID
VOL INGEDULD ONTSNAPPEN
ALS SNEEUW IN DE ZON
Inge
OVER DE LENTE
GRETIG EN GROEIEND
AAN EEN NIEUWE UITDAGING
EEN ECHT BUITENKANSJE
Christel
​
TEMPS QUI PASSE, JOURS D'ENNUI
UN MATIN LE VOILE SE LÈVE
ET LA JOIE S'INVITE À NOUVEAU
​
ZAADJES ZIJN VERSTOPT
KOUD EN STIL EN HEEL ALLEEN
DE MOL DUWT ZE OMHOOG
Hilde
​
EEN SPROOKJE
​
Het verhaal van Kevertje.
Er was eens, heel lang geleden, een kevertje, een meisjeskevertje.
Hoe heet jij, vroeg een ander kevertje.
Ik heb geen naam, zei ze.
Hoe kan dat nu? Iedereen heeft een naam, zei een ander kevertje.
Ik niet, zei ze.
Hoe kan dat nu? Mama’s en papa’s geven toch een naam, zei een ander kevertje.
Meisjeskevertje dacht heel diep na. Ik weet het echt niet, zei ze na een poosje. Ik ken mijn naam echt niet. Hij is mij nooit verteld. Ze sloeg haar pootjes rond haar dunne buikje. Alle kevertjes zwegen.
Doenertje, Schildertje, Poetsertje, Makertje, Kopertje, Zangertje, Dromertje, Vindertje, Tellertje, Zwijgertje, Plantertje, Plukkertje, Dansertje, Pratertje, Helpertje en alle andere kevertjes voelden zich stilletjes heel blij met hun eigen naam.
Dan zei Oplossertje : ik heb een plan! Schrijvertje, neem een pen en veel papier. We gaan er aan beginnen!
Alle kevertjes gingen in een grote kring zitten. Oplossertje zei tegen het meisjeskevertje: wij noemen jou vanaf nu Naamloosje. Vind je dat goed?
Meisjeskevertje dacht na. Wat een rare naam, vond ze, maar wel beter dan helemaal geen naam. Noem me dan Loosje, zei ze.
Alle kevertjes klapten in hun vele pootjes en riepen luid : Loosje! Loosje!
Stil, stil allemaal, zei Oplossertje, hier komt nu mijn echte plan. Ieder van jullie gaat nu heel hard nadenken en zoekt een mooie vraag voor Loosje. En jij, Schrijvertje, jij noteert elke vraag en elk antwoord op een papiertje. Zo zal ze haar echte naam wel ontdekken!
Al gauw had elk kevertje een goede vraag gevonden.
Soms antwoordde Loosje gewoon “nee” en soms gewoon “ja” en soms kwam er een lang verhaal en soms een korte zin. Al snel had Schrijvertje een hele grote berg papiertjes volgeschreven.
Ken je je naam nu nog niet, vroeg Oplossertje.
Nee, zei Loosje, nee, ik weet het nog altijd niet.
De zon ging inmiddels weer bijna onder. Sommige kevertjes hadden hun oogjes al toe.
Oplossertje zei: laten we allemaal gaan slapen. Morgen helpen we jou verder met zoeken.
En het werd stil. Alleen Loosje bleef wakker. Ze zat tussen de vele papiertjes en ze keek naar boven in de donkere lucht. Lieve Maan, zei ze, wil jij mij komen helpen? De maan kwam op en scheen zijn helderste licht. Loosje las al haar antwoorden opnieuw en at dan het papiertje op. Toen de maan weer vertrok en de zon opkwam, was haar buik zo dik als een tonnetje.
Alle kevertjes werden wakker. Ze konden hun ogen niet geloven! Loosje!!! Ben jij dat?? riepen ze luid en allemaal tegelijk. Loosje viel er pardoes van achterover op haar rug, met al haar pootjes in de lucht.
Snel, snel weer rechtop, riep Doktertje, anders ga je dood! Ik tel tot tien!
Loosje spartelde en sloeg haar pootjes alle kanten op, maar het lukte niet.
1, 2, 3, 4… Het ging niet goed, Loosje geraakte niet gekeerd. 5, 6, …Komaan, riepen alle kevertjes, jij kan dat, komaan! Doe je best! 7, 8,… Loosje zweette en zwoegde en pufte.
Komaan dappertje, riepen de kevertjes, vechtertje, strijdertje !
Ja, riep Loosje! Dat is het, dat is mijn naam! Doktertje telde nog 9,10,…en Loosje kwam pardoes weer helemaal op haar pootjes terecht!
Strijdertje, riep ze blij, ja, nu weet ik het heel zeker, zo heet ik, dat is mijn naam! En ze lachte en ze sloeg haar pootjes om haar ronde, gevulde buikje.
Alle kevertjes klapten in hun pootjes en zongen nu: Joepie voor Strijdertje! Hoera voor Strijdertje!
En Drinkertje en Bakkertje riepen: Feest! Feest voor Strijdertje!
En ze vierden allemaal samen tot de zon weer vertrok.
Strijdertje knipoogde naar de heldere, volle maan.
En ze leefde nog lang en gelukkig én haar volle buikje ging nooit meer weg.
Hilde